Voor een echt goede virtual-reality-ervaring moet je een headset op dit moment nog met kabels verbinden aan een krachtige (en dus vaak dure) pc. De zelfstandig opererende en verder volledig draadloze Oculus Quest moet daar verandering in gaan brengen.
In de doos van de Quest zit de VR-headset, een linker- en rechtercontroller en een oplader. De controllers zijn identiek aan die van het nieuwe Oculus Rift-model, de Rift S. Dat maakt het voor ontwikkelaars makkelijker om games en andere apps tussen platformen te porten. Oculus zelf heeft aangegeven een crossplatform-lancering en aanschaf van titels voor beide platformen te zullen stimuleren, maar ontwikkelaars kunnen zelf kiezen of ze daar aan mee werken.
VR zonder botsen
De eerste set-up van de Quest gaat nog via een mobiele app (Android/iOS), maar daarna werkt hij geheel zelfstandig. Een van de eerste stappen is het afbakenen van de speelruimte. Het Guardian-systeem toont een zwart-witbeeld van de omgeving, waar je met de controller een veilige ruimte in aftekent. Het beeld komt van de vier ingebouwde camera’s, die ook de positie en stand van de controllers registreren. Speel je een VR-game en kom je bij de afgetekende grenzen, dan worden die zichtbaar in de game. Als je doorloopt, verschijnt het camerabeeld. Op die manier kun je veilig spelen zonder allerlei losse sensors, zoals bij de Oculus Rift en HTC Vive het geval is.
De Quest kan zelfs tot vijf ruimten bewaren en herkennen. De ‘inside-out-tracking’ met de camera’s ontbreekt bij eenvoudiger portable systemen zoals de Oculus Go en Samsungs Gear VR. Het daarmee tracken van de controllers en het grijpen, wijzen en andere gebaren ermee maken werkt prima. Samen met het vrij rondlopen zonder kabels geeft dat een echt gevoel van immersie. De pc-gebonden Rift S heeft ook geen externe sensors nodig, maar vergt wel kabels. Die kunnen bij intense games zoals Beat Saber in de weg zitten. De Quest neem je makkelijk mee en kun je zonder veel gedoe overal gebruiken, tot zelfs in de tuin als je dat zou willen.
Instap-VR
Grafisch doet de Quest onder voor pc-gebonden concurrenten, maar dat ligt vooral aan de Snapdragon 835-chip, niet aan de twee contrastrijke 1600 × 1440 oledschermen – een voor elk oog. Een schuifregelaar onderop de headset voor de pupilafstand en een bijgeleverd brilverlengstuk zorgen ervoor dat je in elk geval het optimale kunt halen uit het beschikbare beeld.
De ingebouwde speakers zijn praktisch, voor beter geluid is een koptelefoonuitgang aanwezig. Combineren met een koptelefoon is misschien onhandig, maar bedrade dopjes zullen wel passen (bluetooth dopjes koppelen is niet mogelijk). Je hoort dan je omgeving wel niet meer, maar anderen hebben ook geen last van jouw geluid. De accuduur van de Quest is zo’n twee uur, wat genoeg is voor een aardige VR-sessie. Het aanbod aan games in de Oculus Store die de mogelijkheden van de Quest echt benutten is nog beperkt, maar dat zal (ook dankzij de Rift S) hopelijk verbeteren. De bewegingsvrijheid en het gebruiksgemak maken de Quest aantrekkelijk als instap in VR. Zeker als je bedenkt dat je verder geen dure game-pc hoeft aan te schaffen.
Oculus Quest | |
Draadloze / stand-alone VR-headset | |
Fabrikant | Oculus, oculus.com |
Display | oled, 1600 × 1440, max. 72 Hz (2 stuks) |
Hardware | Qualcomm 835, 4 GB RAM |
Aansluitingen | koptelefoon, USB-C, ingebouwde speakers |
Gewicht | 571 gram |
Meegeleverd | oplader, 2 controllers met batterijen, brilstuk, documentatie |
Shoplink en prijs | Oculus Quest met 64 GB opslagruimte € 450, Oculus Quest met 128 GB opslagruimte € 550 |