Het gebruik van externe 3,5-inch schijven raden we voor een Raspberry Pi dringend af. Die hebben wel capaciteiten van meer dan 10 TB, maar ook een externe voeding nodig. Deze externe voeding is vaak zo inefficiënt dat er continu 10 watt of meer doorheen gaat. Als je zoveel NAS-capaciteit nodig hebt, kun je beter een ‘echte’ NAS kopen, bijvoorbeeld de Buffalo LinkStation 520D voor twee 3,5″-schijven vanaf 90 euro. De meerprijs ten opzichte van een Pi maakt dan vergeleken met de kosten voor de harde schijven nauwelijks nog wat uit.
Externe ssd’s aan de andere kant zijn veel sneller dan harde schijven. Ze zijn stil en bestand tegen harde stoten, maar ook duur. Een 1TB-versie kost minstens 130 euro, 2 TB zelfs 300 euro. De hogere ssd-snelheid heeft zelden invloed op een Raspberry Pi-NAS. Een ssd is vooral bij willekeurige benaderingen sneller dan een magneetschijf, maar bij een NAS is de snelheid van sequentiële benaderingen belangrijker en wordt die sowieso beperkt door het netwerk. In tegenstelling tot wat sommige mensen denken, zijn ssd’s niet per se zuiniger dan magneetschijven van 2,5 inch. Sommige ssd’s verbruiken bij het schrijven zelfs aanzienlijk meer energie.
Usb-sticks zijn niet zo geschikt als opslagmedia voor een Pi-NAS. Aan de ene kant werken veel sticks extreem langzaam, aan de andere kant verbruiken sommige sticks al 1 tot 1,5 watt wanneer ze alleen maar aangesloten zijn. Usb-schijven in het 2,5”-formaat en usb-ssd’s hebben meestal energiebesparende modi, waardoor ze zuiniger zijn op de stand-bystand.