Cloud-opslag kan verwarrend zijn omdat het woord ‘cloud’ een vluchtig idee oproept. Toch is het zeker tastbaar en een belangrijke mijlpaal in de ontwikkeling van opslagtechnologie. Voordat we ons verder verdiepen in cloud-opslag, moeten we eerst enige achtergrond geven van de technische ontwikkelingen die in de afgelopen vijf decennia hebben plaatsgevonden in de opslag van bedrijfsgegevens.
De eerste belangrijke innovatie in de opslagtechnologie kwam tot stand in het midden van de jaren zestig. In die tijd werden schijven niet langer een integraal onderdeel van de hostcomputer, maar werd de opslag verplaatst naar onafhankelijke externe opslagapparaten. Dit was het tijdperk van Direct Attached Storage (DAS). Bij de DAS-architectuur communiceerde het externe opslagapparaat met de hostcomputer via het SCSI-protocol en was verbonden via koperen kabels. Op die manier was meer opslagruimte van het externe opslagapparaat beschikbaar voor de hostcomputer.
In 1987 publiceerde een groep computerwetenschappers van UC Berkeley, bestaande uit David Patterson, Garth Gibson en Randy Katz, een rapport met de titel ‘A Case for Redundant Arrays of Inexpensive Disks (RAID)’, wat op zijn beurt de term ‘Redundant Array of Independent Disks (RAID)’ creëerde. Met de geboorte van de RAID-technologie en het opslagnetwerkprotocol, brak in de jaren tachtig het tijdperk aan van het Storage Area Network (SAN). Met de SAN-architectuur kon een hostcomputer verbinding maken met een extern opslagapparaat via een speciale switch en het Fibre Channel-protocol. Daarmee konden meerdere hostcomputers één extern opslagapparaat delen. Zodra het externe opslagapparaat was gepartitioneerd in meerdere Logical Unit Numbers (LUN’s), konden hostcomputers hun opslagcapaciteit koppelen aan één van de LUN’s in de externe opslag.
Na de lancering van SAN volgde een andere belangrijke netwerkopslag-technologie, Network Attached Storage (NAS). Bij NAS-systemen liep de bestandstoegang via ethernet, waarbij de fysieke hostcomputer de NAS-opslag als map kon definiëren via het lokale netwerk en het NFS/CIFS-protocol.
SAN-technologieën evolueerden van uitsluitend gebruik van Fibre Channel (FC) tot een heterogene combinatie van Fibre Channel en IP-switches en -technologie in de vorm van IP SAN met ethernetverbindingen.