Met software als VMware Workstation en Oracle Virtualbox kun je hardware virtualiseren om besturingssystemen te testen. Met ESXi doe je dat met bijvoorbeeld een HPE MicroServer dichter op de fysieke hardware.
Het snel even uitproberen van een nieuwe Linux-distributie of het testen van bepaalde instellingen van een Windows-installatie kan op een pc makkelijk door een andere pc te virtualiseren met software zoals VMware Workstation of Oracle VirtualBox. Daarmee simuleer je de hardware van een pc softwarematig in een eigen omgeving, waarbinnen je een besturingssysteem installeert. Alle aanroepen van dat besturingssysteem naar de (virtuele) hardware, zoals netwerk- en usb-poorten, worden door het virtualisatieprogramma dan omgezet naar aanroepen van de echte hardware. Dat principe werkt op zich prima, maar er zit dus wel een vertragende tussenlaag in.
Er zijn ook virtualisatieoplossingen die de tussenlaag tot een minimum beperken. Daarbij wordt er geen compleet besturingssysteem tussen de gevirtualiseerde pc en de fysieke hardware geïnstalleerd, maar alleen de broodnodige omgeving om de systeemaanroepen van de gevirtualiseerde systemen zo dicht mogelijk op de (server)hardware te krijgen. Voorbeelden van dergelijke oplossingen zijn de opensource Proxmox VE en VMware ESXi. Daarmee wordt de performance van de gevirtualiseerde systemen een stuk hoger, zodat deze oplossingen ook productief te gebruiken zijn.