Beamer met 4K versus pseudo-4K en full hd

Marco den Teuling
0

Inhoudsopgave

Pseudo-4K-beamers zijn er al voor minder dan 1000 euro. Een echte 4K beamer kost daar een veelvoud van, maar een full-hd-model slechts een fractie. Hoe duidelijk is het verschil in scherpte en beeldkwaliteit tussen die verschillende modellen nu echt?

De PX747-4K van Viewsonic is een 4K-beamer die voor minder dan 1000 euro te koop is. Nog niet zo lang geleden was je minstens 1500 euro kwijt om beelden in ultrahoge resolutie in al hun glorie op je eigen witte doek te kunnen projecteren. Zo’n lage prijs voor een voor HDR geschikt apparaat maakte ons eigenlijk wel nieuwsgierig, we wilden zelf wel eens zien wat je daar nou eigenlijk voor krijgt.

Bij het Viewsonic-model gaat het om een DLP-beamer die wel een ultra-hd-beeld op de wand tovert, maar slechts is uitgerust met een full-hd-projector. Hij gebruikt de XPR-techniek van Texas Instruments om met zijn 1920 × 1080 spiegeltjes snel achtereen vier delen van een 4K-beeld iets verschoven op de wand te projecteren. Op die manier komen daar toch 8,3 miljoen beeldpunten op terecht.

4K beamer pseudo-4K full hd test 4K beamer Viewsonic PX747-4K

De Viewsonic PX747-4K gebruikt een full-hd-panel om 8 miljoen beeldpunten op de projectiewand te toveren.

Daarbij rijzen meteen verschillende vragen: heeft pseudo-4K zichtbare nadelen, loont de meerprijs ten opzichte van een full-hd-beamer en hoe duidelijk is het verschil in beeldkwaliteit met een echte 4K-beamer?

Daarbij moet je ook weten hoe je een beamer kunt aansluiten in je woonkamer of een vergaderzaal. De ‘domme’ beamers (anders dan smart-tv’s) zijn voor hun input afhankelijk van andere apparaten, daarom geven we tips hoe je bijvoorbeeld streamingapparaten kunt aansluiten. We beschrijven daar ook hoe je het geluid goed kunt afspelen, want de ingebouwde speaker van een beamer is hooguit geschikt voor wat geluidseffecten in een kleine ruimte, niet voor grotere ruimtes of een ontspannen filmavond.

4K beamer pseudo-4K full hd test 4K beamer Viewsonic PX747-4K aansluitingen

Viewsonic PX747-4K aansluitingen (klik op afbeelding voor een vergroting).

Van full-hd naar 4K

We hebben een pseudo-4K-beamer vergeleken met een vergelijkbaar uitgeruste full-hd-beamer en een echte 4K-beamer. Het full-hd-model was de BenQ MH550 van ongeveer 600 euro, die net als de View­sonic een DMD-chip (Digital Mirror Device) met DLP-techniek (Digital Light Projection) gebruikt. Daarbij reflecteren kleine spiegeltjes op de chip het licht van de projectielamp door het objectief op de muur. Tussen de lamp en het objectief zit een snel draaiend kleurenwiel met drie gekleurde segmenten. Op het moment dat het rode beeld geprojecteerd moet worden, schijnt de lamp door het rode segment, bij groen door het groene segment en bij blauw door het blauwe. Beide beamers zijn boven­dien uitgerust met een kleurloos W-segment (RGBW), dat het witte lamplicht ongefilterd doorlaat. Daardoor wordt het beeld extra helder.

Omdat de kleuren na elkaar worden geprojecteerd, krijg je bij een DLP-­beamer het zogeheten regenboogeffect. Bij contrastrijke randen en vooral vanuit de ooghoeken als je met je hoofd opzij draait, zie je in plaats van het totaalbeeld de afzonderlijke RGB-beelden. Mensen zijn er als prooidieren op gespitst om potentiele gevaren vanaf de zijkant snel waar te kunnen nemen, daarom is de gevoeligheid voor veranderingen net buiten het eigenlijke gezichtsveld vrij hoog.

Het regenboogeffect blijft bij de twee geteste DLP-apparaten redelijk binnen de perken. Gevoelige mensen zullen zich eraan storen, terwijl anderen de kleurflitsen helemaal niet zien. Dat zou je bij voorkeur vóór een aankoop moeten kunnen testen, bijvoorbeeld in een winkel of bij een kennis met een DLP-beamer.

Bij de echte 4K-beamer gaat het om de Sony VPL-VW270ES. Die is met zijn circa 5000 euro vijf keer zo duur als de pseudo-4K-beamer van Viewsonic. De LCOS-projector gebruikt een reflectief lcd-panel. Sony noemt die techniek SXRD. Ook daar gaat het licht van de lamp via het objectief naar de projectiewand. Maar omdat de projector voor elke basiskleur een eigen panel heeft, verschijnen die drie delen van het beeld gelijktijdig. Er is dan ook geen regenboogeffect.

4K beamer pseudo-4K full hd test 4K beamer Sony VPL-VW270ES

Sony’s thuisbioscoopbeamer VPL-VW270ES overtuigt met indrukwekkende kleuren in een evenwichtig beeld.

4K beamer pseudo-4K full hd test 4K beamer Sony VPL-VW270ES aansluitingen

Aansluitingen aan de achterzijde van de Sony VPL-VW270ES beamer.

Hoe presteert XPR?

Het viermaal projecteren van een full-hd-­beeld door de PX747-4K zorgt op de projectiewand voor een duidelijk fijner beeldpuntenraster dan bij de full-hd-tegenhanger van BenQ. Zeker bij grote projectieafmetingen kan de zogeheten rastervorming storend zijn, maar met de XPR-techniek wordt dat duidelijk minder. In dat opzicht kan het pseudo-4K-apparaat zich meten met de echte 4K-beamer van Sony.

Maar de PX747-4K weet de afzonderlijke pixels bij erg gedetailleerde testpatronen niet te verbloemen. In plaats daarvan ontstaat een soort lichte flikkering die typisch voor DLP toeneemt bij donkere ­scènes. Storender bij het Viewsonic-­model was dat er bij heldere grijstinten in de geprojecteerde beelden kleurzwemen zichtbaar waren. Het eigenlijke grijze beeld valt op die plekken uiteen in de gekleurde beelddelen. Dat doet denken aan de conver­gentieproblemen bij lcd-beamers als de beelden van de afzonderlijke kleurpanels niet samenvallen. Maar omdat de DLP-beamer een enkel displaypanel gebruikt, moet er een andere technische oorzaak achter zitten.

Sony’s VPL-VW270ES heeft ook moeite met fijne structuren. Bij fijne punten­patronen kun je elk beeldpunt onderscheiden, maar rastervlakken worden gekleurd. Dat was bij voorganger VW260ES ook het geval, dus dat lijkt een inherent probleem te zijn. Je zult dergelijke testpatronen in de praktijk waarschijnlijk zelden projecteren, maar de kleurzwemen duiken ook op in grijsvlakken met gedetailleerde structuren.

Los daarvan is de projectie van Sony’s echte 4K-beamer scherper dan die van Viewsonics pseudo-4K-beamer. Bij fijne patronen vertoont Viewsonics PX747-4K scherpe randen die te veel verscherpt zijn, maar meer detail kan hij niet bieden. Het beeld van de echte 4K-projector is veel homogener en overtuigt meer. Maar of het subtiele verschil in scherpte de fikse meerprijs waard is moet je zelf overwegen.

Een uitgebreide tabel met testresultaten vind je in c't apr/2019

Meer dan scherpte

De hogere resolutie is natuurlijk maar één aspect. Bij een goed beeld spelen meer factoren een rol. Zo tovert de VW270ES uitgebalanceerde kleurenbeelden op de wand met erg natuurlijke huidtinten. De Sony heeft de neiging alle kleuren wat verzadigder weer te geven, maar omdat het beeld zo gebalanceerd is stoort dat niet.

Bij HDR-beelden maakt de VW270ES juist indruk met erg verzadigde kleuren. Viewsonics goedkopere 4K-beamer heeft op dat punt duidelijk minder te bieden. Die is wel geschikt voor HDR, maar de beelden zijn flets. Omdat de beperkte kleurverzadiging weinig speelruimte biedt, gebruikt de PX747-4K voor SDR en HDR dezelfde kleurruimte REC-709. Voor HDR-weergave is echter DCI P3 of beter nog BT.2020 vereist. We kregen bij de Sony overigens alleen met 4K-signalen een HDR-beeld, bij full-hd werd de grotere kleurruimte niet geactiveerd.

Doorlezen is gratis, maar eerst even dit:

Dit artikel is met grote zorg samengesteld door de redactie van c’t magazine – het meest toonaangevende computertijdschrift van Nederland en België. Met zeer uitgebreide tests en praktische workshops biedt c’t de diepgang die je nergens online vindt.

Bekijk de abonnementen   Lees eerst verder

Misschien wel het grootste verschil tussen het 4K-koopje en de duurdere beamer is de zwartwaarde. Sony’s beamer beperkt de helderheid bij donkere scènes tot minder dan 0,1 lumen, terwijl bij Viewsonic ook een compleet zwart beeld nog meer dan 1 lumen helder is. In de bioscoop­modus met gedimde kamerverlichting levert dat voor de Sony een uitstekend maximaal contrast op van 9516:1 en voor de Viewsonic-beamer een magere 687:1. Bij films in 21:9-beeldverhouding met een zwarte balk boven en onder zijn die bij de Sony nauwelijks zichtbaar, terwijl ze bij de PX747-4K storend opvallen.

4K beamer pseudo-4K full hd test 4K beamer BenQ MH550

BenQ’s full-hd-beamer MH550 blijft wat de beeldkwaliteit betreft duidelijk achter bij de 4K-modellen.

4K beamer pseudo-4K full hd test 4K beamer BenQ MH550 aansluitingen

Aansluitingen aan de achterzijde van de full hd beamer BenQ MH550.

We bepaalden het in-beeld-contrast van de beamers met een schaakbordpatroon. Daarbij heeft de beamer van Sony ook iets donkerdere zwarte vlakken, maar het verschil was daarbij kleiner.

Sony haalde in de naturelmodus (‘REF’) met eco-instelling voor de lamp een waarde van 316:1, terwijl Viewsonic in de filmmodus nog een aardige 255:1 haalde. Beide halen met de voor verduisterde ruimtes geschikte beeldmodi bijna 1000 lumen, wat genoeg reserves biedt voor felle punten in HDR-beelden. De View­sonic belicht de wand daarbij niet erg homogeen, de linkerkant is duidelijk donkerder. De helderheidsverdeling van de echte 4K-beamer is veel gelijkmatiger.

Bij die 4K-beamer hebben we echter een ander kritiekpunt: de kleurtemperatuur voor wit in de beeldmodus REF varieert in het geprojecteerde beeld maar liefst 641 kelvin. Bij de Viewsonic zat er maar 160 kelvin verschil tussen het warmste en koelste wit.

Een voordeel van de PX747-4K van Viewsonic is dat hij in de presentatiemodus een helderheid van bijna 2000 lumen levert, waardoor hij ook geschikt is om beelden in niet helemaal verduisterde ruimtes te bekijken.

Dat lukt met Sony’s VW270ES met zijn 1230 lumen niet zo goed. Die is echt als beamer voor een thuisbioscoop bedoeld en minder voor een presentatie of als foto­viewer tijdens een feestje.

Er zijn nog meer verschillen. De VW270ES heeft een objectief met 2× zoom, bij de Viewsonic moet je genoegen nemen met 1,2× zoom. Dat heeft praktische gevolgen: de Sony-beamer kun je makkelijker ergens in een ruimte zetten en de beeldgrootte daarna aanpassen aan de projectiewand. Bij de Viewsonic moet je van tevoren goed bedenken waar je hem moet neerzetten voor de gewenste projectie­grootte.

De VW270ES kan bij full-hd-content en ook bij 4K-films tussenbeelden invoegen, bij de voorganger VW260ES kan dat alleen tot maximaal full-hd. Dankzij die ingevoegde beelden worden schokken bij snelle actiebeelden vermeden. Die zogeheten motionflow biedt verschillende instellingsniveaus. Bij de laagste instelling krijg je een gelijkmatig en schokvrij beeldverloop. Bij het goedkopere Viewsonic-apparaat ontbreekt die tussenbeeldberekening.

Conclusie

Meer pixels leiden niet automatisch tot een betere projectie – maar het helpt wel. Viewsonics pseudo-4K-beamer PX747-4K weet dan ook een behoorlijke scherpte op de wand te toveren.
Een vergelijkbaar uitgeruste beamer met full-hd-resolutie kan hij makkelijk aftroeven, en ook voor het veel duurdere Sony-apparaat met echte 4K-resolutie doet hij maar weinig onder.
De duidelijk geringere rastervorming maakt vooral bij een groot projectievlak een positief verschil.

Maar scherpte is niet alles. De goedkope 4K-beamer blijft achter bij de dure Sony-beamer wat betreft kleurverzadiging, kleurmenging en detail bij grijstinten. Hoewel beide apparaten HDR ondersteunen, wordt pas bij de VW270ES het mooie van HDR duidelijk.

Ook het betere objectief met de gemotoriseerde zoom maakt de Sony veel makkelijker in het gebruik. Over het nut van de tussenbeeldberekening kun je twisten, maar je betaalt daar dan ook 5000 euro voor.

De instelmogelijkheden van de VW270ES zijn veel groter en gedetailleerder, wat vooral voor thuisbioscoopkijkers interessant is. Viewsonics PX747-4K biedt alle noodzakelijke instellingen binnen handbereik op de verlichte afstandsbediening.

De vraag of het loont om meer uit te geven voor echt 4K is al met al dan ook niet los te beantwoorden. De met de XPR-techniek geproduceerde acht miljoen pixels van de 4K-beamer van Sony zorgen voor een indrukwekkende beeldscherpte, maar voor een geweldig beeld is meer dan dat alleen nodig.

(Ulrike Kuhlmann, c’t magazine)

Uitgebreide achtergrondinfo en reviews lees je in c't 05/2024

Meer over

Hardware

Deel dit artikel

Marco den Teuling
Marco den TeulingHad als eerste eigen computer ooit een 16-bit systeem, waar van de 48 kilobyte toch echt niet ‘genoeg voor iedereen’ was. Sleutelt graag aan pc’s, van de hardware tot het uitpluizen van de BIOS-instellingen. Vindt ‘Software as a Service’ een onbedoeld ironische naamgeving.

Lees ook

OWC Express 4M2 review: externe behuizing voor maar liefst 4 M.2-ssd’s

Als je geen opslagruimte meer hebt in je laptop, is er altijd nog de optie om een externe ssd aan te sluiten. Als je daar echter nog steeds niet genoe...

Alpenföhn Panorama 2 review: cpu-koeler voor compacte (mini-)pc’s

In deze review werpen we een blik op de Panorama 2 van Alpenföhn. Deze cpu-koeler koelt processors tot 95 watt en dankzij de geringe hoogte is hij ges...

0 Praat mee
avatar
  Abonneer  
Laat het mij weten wanneer er