Als je lampen en deursensors het contact verliezen met de Zigbee-basis, zit waarschijnlijk de wifirouter als stoorzender in de weg. Je kunt de betrouwbaarheid verbeteren met kanaalwijzigingen. We laten zien hoe je het frequentiegebakkelei in toom houdt bij Philips Hue en zigbee2mqtt.
Allerlei verschillende draadloze systemen moeten de licentievrije 2,4 GHz golflengte delen. Zigbee zendt daar op 2 MHz brede kanalen met datasnelheden tot 250 kbit/s en maximaal 6 mW zendvermogen. Dat zou onder normale omstandigheden voldoende moeten zijn omdat de Zigbee-componenten in je huis een mesh-netwerk vormen: enkele deelnemers worden de routers voor de rest.
Het Zigbee-protocol is de basis van systemen als Philips Hue, Ikea Trådfri of Xiaomi Agara. De grootste vijand van Zigbee is wifi. Wifi zendt ook op 2,4 GHz met een zendvermogen tot 100 mW, met 20 of 40 MHz brede kanalen en een hoge verkeersdichtheid.
Wifirouters proberen wel te detecteren wanneer het te druk wordt op een kanaal, maar het zwakke Zigbee-signaal haalt de router van de buren vaak niet. Is die aan het zenden, dan ondervindt het Zigbee-signaal daardoor flinke storing. Als je beide kanalen op elkaar afstemt, zitten ze elkaar minder in de weg.
Storingen van je eigen router kun je eenvoudig minimaliseren. Een belangrijke storingsbron is dat veel wifirouters en repeaters de kanaalbreedte automatisch van 20 naar 40 MHz verhogen wanneer er grote hoeveelheden data verstuurd moeten worden. Dat neemt de halve 2,4GHz-frequentie in beslag en is maar zelden echt de moeite waard, omdat daarbij andere wifi’s op naastliggende zendkanalen storen. Daarom is het handiger je wifi vast in te stellen op 20 MHz en kanaal 1, 6 of 11. Aanwijzingen hoe je dat doet, vind je in de handleiding van de betreffende fabrikant.