Robot-auto’s “zullen net zo als een enorme verrassing komen als de iPhone” zegt Brad Templeton van de Singularity University. In verschillende landen is de strijd om de suprematie over zelfrijdende auto’s al uitgebroken.
Autonoom rijden is rijp voor het ” Apollo moment”, zegt de Amerikaanse zakenman Brad Templeton , die tevens directeur is van de Singularity University. Het is tijd om zelfrijdende auto’s “up and running” te krijgen, vergelijkbaar met het project om mensen op de maan te krijgen. Vooruitgang in sensoren en computer technologie maken deze stap mogelijk. Aldus de adviseur van het Google-team voor robotvoertuigen afgelopen maandag op de Digital Conference Next in Berlijn. Hij is ervan overtuigd dat zelfrijdende auto´s binnenkort “dagelijks op straat te zien” zullen zijn.
De basis voor autonoom rijden is de radar-achtige lidar-techniek die met behulp van laserstralen continue een “echt 3D-beeld van de omgeving” creëert aldus Templeton. GPS wordt niet rechtstreeks gebruikt voor het rijden, maar alleen om de locatie bij benadering te bepalen. In veel auto’s zijn automatische tracking, afstand houden en parking inmiddels al betaalbare features.
Domme straten , slimme auto’s
Templeton twijfelt er niet aan dat de zelfrijdende auto net zo plotseling zal opduiken als indertijd de iPhone van Apple . Een nieuwe wegeninfrastructuur is volgens hem niet nodig. De mobiele netwerken zijn voldoende om de voertuigen te voorzien van alle benodigde informatie uit de buitenwereld, een ” intelligente weg ” hoeft er daarom niet te worden gebouwd. Basis voor alle voorgaande wedstrijden op dit gebied en ook voor Google zelf is altijd geweest dat de auto’s zo slim moeten zijn dat ze van de bestaande wegen gebruik kunnen maken. Dit is een vergelijkbare toestand als met het internet, dat in wezen ook een “dom netwerk” is.
Er zijn volgens Templeton grote voordelen aan autonome voertuigen: ” Robots drinken niet” om er maar een te noemen. Elk jaar worden bij auto-ongelukken wereldwijd 1,2 miljoen mensen gedood. Velen daarvan zijn te wijten aan rijden onder invloed.
Autonoom en groen
Daarnaast maken robot auto’s een transformatie van de hele transportketen mogelijk, waardoor we veel energie kunnen besparen . Autonome voertuigen zijn “groener dan het openbaar vervoer van vandaag, ” schat Templeton in, die ook bestuurslid is van de Amerikaanse burgerrechtenorganisatie Electronic Frontier Foundation (EFF). Aangezien het voor de robot maakt niet uitmaakt welk type motor er in zit, gaat de e-mobiliteit een rol spelen. Denk bijvoorbeeld aan car-sharing, of verhuur van auto’s die als alternatieve robot-taxi’s op de weg rondrijden.
Kwesties als aansprakelijkheid bij botsingen en andere juridische uitdagingen ziet Templeton niet als een groot obstakel. Advocaten kunnen het belangrijk vinden maar voor de samenleving is dit aspect niet doorslaggevend. Vandaag zal een verzekeringsmaatschappij een claim betalen; op de middellange termijn zullen de kosten herverdeeld worden over alle bestuurders in het systeem. Krijgt een fabrikant de schuld toegewezen , zal die zorgen voor noodzakelijke verbeteringen aan de auto en de kosten doorbelasten aan de kopers. Deze verdeling zal altijd zo blijven, zelfs als iedereen zou winnen, zolang autonome voertuigen uiteindelijk minder ongevallen veroorzaken.
Waarschuwing tegen overregulering
De regelzucht door de overheid in de VS of in Europa kan de opmars sterk belemmeren, aldus Templeton . In dit geval echter, nemen andere landen zoals Singapore , China , India , Israël en Japan graag het voortouw, zodat de concurrentie scherper wordt en politici tot concessies bereid zijn.
Op de nadelen zoals langere tochten in de zelf-bestuurbare auto´s of mogelijk softwarefouten en veiligheidsrisico’s door software-aanvallen ging Templeton maar kort in. Dat netwerkbedrijven zoals Google, autonome voertuigen de normale weg op sturen, om via ingebouwde sensoren alleen gegevens te verzamelen lijkt niet de belangrijkste motivatie voor de ontwikkeling. Een troost hierbij is bovendien dat bij lidar tenminste geen gezichtsherkenning mogelijk is. Bovendien is het mogelijk en zelfs wenselijk om de technologie vanaf het begin privacy-vriendelijk te ontwerpen. (Stefan Krempl)/(anw-ple)