Headset voor videobellen – 5 comfortabele modellen getest

Een headset voor videobellen kan snel onprettig aan de oren worden als je veel online vergaderingen hebt. Dit kun je (een beetje) voorkomen door een over-ear open headset die je niet volledig van je omgeving afsluit. We testen vijf modellen.

Wanneer je thuis aan het werk bent of alleen op kantoor zit, is wat geluid van buiten vaak geen probleem. Een koptelefoon die afsluit is dan niet handig, omdat het je volledig van je omgeving scheidt en je sneller vermoeid raakt. Als een headset nodig is omdat de buren je letterlijk kunnen volgen of je laptop te veel herrie maakt, dan moet je een open headset kiezen die zo comfortabel mogelijk is.

Over-ear modellen zijn prettiger om te dragen dan on-ear modellen. Hun oorkussens brengen de contactdruk over op je schedel en niet op je gevoelige oorschelpen. Het open ontwerp vermindert ook de warmteontwikkeling, zodat je niet gaat zweten (zeker bij langduriger dragen).

De keuze in open over-ear modellen is niet groot. We hebben vier modellen opgeduikeld: twee van Audio-Technica (de ATHADG1X en ATH-PDG1a) en twee gaming-headsets van Epos (de Sennheiser Game One en GSP 500). Als alternatief hebben we een vijfde optie getest: een combinatie van een koptelefoon en een clip-on microfoon. We kozen voor de open AKG K702-koptelefoon met daarbij de ModMic USB van Antlion Audio. Daarmee kun je ook van je eigen koptelefoon een headset voor videobellen maken.

Koptelefoons voor consumenten leggen vaak de nadruk op de lage en hoge tonen. Bij een headset voor videobellen is dat contraproductief, aangezien het middengebied vanaf ongeveer 200 Hz bijzonder belangrijk is, daar begint namelijk de range van de menselijke stem. Bij videoconferentieprogramma’s wordt het basbereik vaak zelfs verlaagd met een high-pass-filter om storende geluiden te verminderen. Bij de hoge frequenties snijden veel videoconferentieprogramma’s de frequenties boven 9 tot 12 kHz af om bandbreedte te besparen.

Microsoft is in dat opzicht bij Teams en Skype bijzonder rigoureus, die zenden alleen spraak uit tot 7 kHz. Maar ook de sibilanten in het bereik tussen 8 en 12 kHz, die belangrijk zijn voor de verstaanbaarheid, worden dan weggelaten.

In het meest ideale geval moeten stemmen zo natuurlijk mogelijk overkomen. Hoofdtelefoons en koptelefoons bereiken dat met een neutrale frequentierespons die het middenbereik niet verlaagt en ook niet overdrijft. Dergelijke modellen zijn ook geschikt voor muziek. Om het geluid niet alleen subjectief te beoordelen, meten we de koptelefoon op een gekalibreerd kunsthoofd en vergelijken we de frequentierespons met de bijzonder neutrale Sennheiser HD-600 (gele curve in diagrammen verderop). In de diagrammen van de individuele beoordelingen kun je dus makkelijk zien of een model de nadruk legt op lage of hoge tonen.

Open koptelefoons hebben geen gesloten omhulsel achter hun omvormer en hebben door hun ontwerp het voordeel dat ze de hoge tonen natuurlijker weergeven en daardoor ook meer open klinken. Ze hebben echter wel het nadeel niet zo sterk te zijn bij de lage tonen omdat ze niet zo gemakkelijk de nodige druk opbouwen als een gesloten systeem.

Behalve met een goede headset voor videobellen kun je nog op andere punten het geluid bij videobellen verbeteren.

Meer testresultaten van bovenstaande en de andere geteste headsets vind je in c’t magazine 12/2020, in de rest van deze review en in onderstaande tabel.

De beste plek voor de microfoonarm van een headset is op ongeveer twee tot drie vingers afstand van je mondhoek. De microfooncapsule moet naar het midden van je mond gericht zijn.

De headset-microfoons hebben een cardioïde karakteristiek. Dat betekent dat ze gevoeliger zijn voor het geluid dat uit je mond komt dan voor de rest van het geluid uit de kamer. Dat maakt het makkelijker om storende geluidsreflecties te onderdrukken dan headsets zonder microfoonarm, waarvan de microfooncapsules direct in de oorschelpen zijn ingebouwd.

Bij de ModMic USB kun je de richtingskarakteristiek van de microfoon omschakelen van omnidirectioneel naar unidirectioneel.

Alle vier de headsets zijn via een 3,5mm-jack (3,5 mm TRS) aan te sluiten op laptops en smartphones met een hoofdtelefoonuitgang. Voor pc’s met aparte aansluitingen voor een koptelefoon en microfoon worden adapters, verlengkabels of vervangende kabels meegeleverd. Omdat de hoofdtelefoons allemaal een vrij lage impedantie hebben, hoef je geen extra audio-­interface te gebruiken.

De combinatie van AKG K702 en ModMic USB is wat meer werk. AKG voorziet de koptelefoon van een kabel van drie meter lengte. Maar de ModMic-kabel is slechts twee meter lang. Meegeleverde clips en extra kabelbinders helpen de kabelbende te temmen. Als alternatief voor de geteste usb-versie biedt Antlion Audio ook modellen met een analoge 3,5mm-jack en bluetooth.

Blijf op de hoogte van de nieuwste informatie en tips! Schrijf je in voor de nieuwsbrief:

Op alle vier de headsets is het volume regelbaar via een klein wieltje op een remote in de kabel of op de oorschelp. Om te profiteren van de volledige digitale resolutie van de hoofdtelefoonuitgang van je pc, moet je daar het volume op maximaal of 0 dB instellen en het niveau via de headset voor videobellen aanpassen. Audio-Technica en Antlion Audio bieden ook een mute-schakelaar.

Door de ietwat verwarrende labeling is het echter vaak niet duidelijk wanneer de microfoon open staat en wanneer niet. Bij Epos is dat handiger opgelost. Daarbij gaan de microfoons automatisch aan en uit als je de microfoonarm naar je mond haalt of opklapt.

Als het gaat om de geluidskwaliteit loopt ­AKG’s K702 ver voor op de headsets. Voor een prijs van 135 euro komt hij bijna overeen met het niveau van de HD-600 van Sennheiser, die ruim twee keer zo veel kost. Hij laat zowel tijdens de urenlange gesprekken als bij het luisteren naar muziek een zeer goede indruk achter.

De combinatie met de goed klinkende microfoon van Antlion Audio is echter niet ideaal. De microfoon- en hoofdtelefoon­kabels zijn van verschillende lengte. Een tafel­microfoon zoals de goedkope CAD ­Audio U29 voor 40 euro is in sommige gevallen een praktisch alternatief.

Bij de headsets speelt Audio-Technica de sterke punten van een open koptelefoon veel beter uit dan dat Epos dat doet. We zijn met name een fan van het inmiddels helaas stopgezette model, de ATHADG1X. Die is qua draagcomfort vergelijkbaar met de K702, maar klinkt niet zo luchtig en open als we ze direct vergelijken. De microfoon is met zijn heldere registratie van je stem prima geschikt voor bijvoorbeeld podcasts. Als je er nog een kunt bemachtigen in een online shop, moet je zeker toeslaan.

De ATH-PDG1a is 60 gram lichter, maar de kleinere pads drukken iets harder op je hoofd. Het geluid is goed, en alleen in directe vergelijking met de K702 en HD-600 valt het bij muziek op dat de PDG1a een beetje overdrijft bij de hoge tonen. Als de ADG1X niet te krijgen valt, is de PDG1a een uitstekende keuze voor lange videobelsessies.

Bij de twee Epos-gaming-headsets zijn hoge tonen niet zo luchtig, de details gaan verloren. De GSP 500 klinkt raar gekleurd, de midrange Game One natuurlijker. De microfoons brengen stemmen duidelijk over. De telefoonsound haalt geen podcastkwaliteit, maar is oké voor vergaderingen.

De lompe bouw van beide koptelefoons voelt degelijk, maar maakt ze minder geschikt voor lange vergaderingen.  Aangezien Sennheiser een flinke keuze aan goede open modellen koptelefoons heeft, zou toevoegen van een goede open (niet op gamers gerichte) headset niet moeilijk moeten zijn.

(Informatie afkomstig uit het artikel van Hartmut Gieselmann en Alieke van Sommeren, c’t magazine 12/2020, p. 76)